Wie was mijn vader, wie was mijn moeder.
Vader Willem de Ridder en moeder Tetje Swarts.
Een ongelijk paar, moeder 30, vader 21, twee verschillende werelden.
Die elkaar voor het eerst ontmoet hebben bij mijn opa en oma, de vriendin van mijn moeder was n.l. een nicht van mijn vader. Mijn vader was werkeloos zoals zo velen in die tijd.
Hij had wel diverse baantjes gehad o.a. als nagel jongen bij Stork aan het Spaarne.
Ook was hij een tijdje kapper geweest. Hij had echter geen talent om gezellig te babbelen met de cliënten dus dat was van korte duur.
Mijn moeder had haar eerste dienstje bij een boer toen ze 13 was en ze nam haar springtouw mee. Het was een hele dikke boer en mijn moeder hield wedstrijden met hem wie het eerste om de boerderij heen kon hollen. Ze won het altijd maar hij kwam haar nooit tegen, hij snapte er niets van tot ze op een keer klem kwam te zitten tussen het schuifraam. Hij haalde eerst zijn vrouw en riep; kijk nou eens naar onze Etty.
Toen ze zestien was vertrok ze naar Haarlem en heeft daar verschillende diensten gehad.
Toen ze mijn vader leerde kennen diende zij bij dominee Dorenbosch. Hoe het verder tussen die twee gegaan is blijft raadselachtig.
Op een gegeven moment was ze in verwachting van mij en moest er dus getrouwd worden. Mijn vader wilde dat helemaal niet, hij droomde nog van een grote carrière bij het toneel, maar uiteindelijk zijn ze toch getrouwd.
Maak jouw eigen website met JouwWeb